πͺπΈ 10 belangrijkste onregelmatige Spaanse werkwoorden (met vervoegingen en voorbeelden)
Nov 08, 2025Als je Spaans leert, kom je ze overal tegen: onregelmatige werkwoorden. Ze gedragen zich net anders dan de gewone werkwoorden, maar het zijn ook precies de werkwoorden die je het vaakst hoort in gesprekken. Denk aan ser (zijn), tener (hebben) of ir (gaan).
In deze blog ontdek je de 10 belangrijkste onregelmatige Spaanse werkwoorden in de tegenwoordige tijd (presente), met duidelijke voorbeelden en vertalingen. Zodra je deze kent, kun je al heel veel dagelijkse gesprekken voeren. πͺπΈ
Lees hierna ook onze blog over de 10 belangrijkste Spaanse werkwoorden (inclusief regelmatige werkwoorden).
π Gratis minicursus Spaans: leer de basis met video's, app en oefeningen.
π https://www.overalspaans.nl/gratiscursus
Wat zijn onregelmatige werkwoorden in het Spaans?
De meeste Spaanse werkwoorden volgen vaste regels bij het vervoegen (zoals hablar → yo hablo, tú hablas, él habla). Maar onregelmatige werkwoorden veranderen hun stam of uitgangen. Daarom moet je ze apart leren, al is dat met wat oefening helemaal niet moeilijk.
Onregelmatige werkwoorden komen in alle tijden voor, maar in deze blog focussen we ons op de tegenwoordige tijd (presente). Wil je daarna meer tijden leren? Bekijk dan ook onze blogs over de verleden tijd (indefinido) en de toekomende tijd (futuro simple).
π Wil je eerst herhalen hoe regelmatige vervoegingen werken? Lees dan Spaanse werkwoorden vervoegen.
π De 10 belangrijkste onregelmatige Spaanse werkwoorden
| Werkwoord | Betekenis | Vervoeging (presente) | Voorbeeld |
|---|---|---|---|
| ser | zijn | yo soy tú eres él/ella es nosotros somos vosotros sois ellos/ellas son |
Soy estudiante. → Ik ben student. |
| estar | zijn (toestand / locatie) | yo estoy tú estás él/ella está nosotros estamos vosotros estáis ellos/ellas están |
Estoy cansado. → Ik ben moe. |
| ir | gaan | yo voy tú vas él/ella va nosotros vamos vosotros vais ellos/ellas van |
Voy al trabajo. → Ik ga naar mijn werk. |
| tener | hebben | yo tengo tú tienes él/ella tiene nosotros tenemos vosotros tenéis ellos/ellas tienen |
Tengo hambre. → Ik heb honger. |
| hacer | doen, maken | yo hago tú haces él/ella hace nosotros hacemos vosotros hacéis ellos/ellas hacen |
Hago deporte cada día. → Ik sport elke dag. |
| poder | kunnen, mogen | yo puedo tú puedes él/ella puede nosotros podemos vosotros podéis ellos/ellas pueden |
Puedo hablar español. → Ik kan Spaans spreken. |
| decir | zeggen | yo digo tú dices él/ella dice nosotros decimos vosotros decís ellos/ellas dicen |
Digo la verdad. → Ik zeg de waarheid. |
| venir | komen | yo vengo tú vienes él/ella viene nosotros venimos vosotros venís ellos/ellas vienen |
Vengo de Holanda. → Ik kom uit Nederland. |
| querer | willen / houden van | yo quiero tú quieres él/ella quiere nosotros queremos vosotros queréis ellos/ellas quieren |
Quiero aprender español. → Ik wil Spaans leren. |
| saber | weten | yo sé tú sabes él/ella sabe nosotros sabemos vosotros sabéis ellos/ellas saben |
No sé la respuesta. → Ik weet het antwoord niet. |
Onregelmatige Spaanse werkwoorden uitgewerkt in 4 tijden (per werkwoord)
Wil je deze belangrijke onregelmatige werkwoorden niet alleen in de tegenwoordige tijd zien, maar volledig uitgewerkt in de vier belangrijkste tijden (presente, imperfecto, indefinido en futuro simple)? Bekijk dan hieronder onze uitgebreide blogs per werkwoord.
- π Ser (zijn) vervoegen in 4 tijden
- π Estar (zijn – toestand/locatie) in 4 tijden
- π Tener (hebben) vervoegen in 4 tijden
- π Decir (zeggen) in 4 tijden
- π Ir (gaan) vervoegen in 4 tijden
Overzicht van de belangrijkste onregelmatige werkwoorden
π Verder leren? Verdiep je in estar, tener, ser en ir (onmisbaar voor beginners)
Nadat je de basis van de onregelmatige werkwoorden kent, is het slim om vier superbelangrijke werkwoorden apart te oefenen:
- π Estar vervoegen in 4 tijden
- π Tener vervoegen in 4 tijden
- π Ser vervoegen in 4 tijden
- π Ir (gaan) in het Spaans – alle vormen
π§ Tips om onregelmatige werkwoorden sneller te onthouden
- Groeperen helpt: leer werkwoorden met dezelfde verandering samen.
- Gebruik ezelsbruggetjes: zoals digo / hago (ik-vorm met g).
- Herhaal hardop: klank helpt bij geheugen.
- Oefen met korte zinnen: zoals “Hoy voy al gimnasio”.
π¬ Veelgebruikte combinaties met deze werkwoorden
- Tener que + infinitief → iets moeten doen.
- Ir a + infinitief → iets gaan doen.
- Estar + gerundio → iets dat nu gebeurt.
Lees ook: Ser of estar?
Veelgemaakte fouten met onregelmatige werkwoorden
- β Verkeerde stam gebruiken.
- β Regelmatige uitgangen toevoegen.
- β Ser en estar verwarren.
- β Querer en gustar door elkaar halen.
Lees ook: 10 veelgemaakte fouten bij het Spaans leren.
Oefening: vertaal naar het Spaans
- Ik ben student.
- Ik ga naar Spanje.
- Ik heb honger.
- Hij kan Spaans spreken.
- Wij komen morgen.
π Benieuwd naar je niveau? Doe onze gratis taaltest Spaans.
Antwoorden
- Soy estudiante.
- Voy a España.
- Tengo hambre.
- Puede hablar español.
- Venimos mañana.
Verder oefenen?
- π Vervoeging van Spaanse werkwoorden
- π 10 Spaanse werkwoorden die je moet kennen
- π‘ Verleden tijd in het Spaans
π Vloeiend Spaans leren spreken?
- π Beginnerscursus Spaans (A1–A2)
- π‘ Spaans voor semi-gevorderden (B1–B2)
- π΅ Spaans voor gevorderden (C1)
β¨ Of bekijk het overzicht: Alle cursussen Spaans
π Bekijk ook onze hubpagina Spaans leren.
Saludos,
Lusiana y Leroy β€οΈ
πͺπΈ KRIJG ONZE GRATISΒ ONLINE CURSUS SPAANS! πͺπΈ
De leukste en beste manier om goed Spaans te leren spreken
β
Gratis (en heel leuk!β€οΈ)
β
Videolessen, quizzen, podcasts en ebooks.
β
Persoonlijke hulp in onze online leeromgevingΒ (en ja,Β ook gratis!)
Na aanmelden ontvang je jouw inlogcode en instructies via email.
Al meer dan 30.000 mensen doen mee, jij ook?
We zullen jouw informatie nooit verkopen, om welke reden dan ook.